zaterdag 16 december 2017

224. #MeToo (5) #IkOok (2) Een zwarte man als dader?

Er is de laatste weken aandacht voor grensoverschrijdend seksueel gedrag dankzij #MeToo. Tijdens het schrijven van mijn memoires, Humanisme als zelfbeschikking, heb ik zelf ook overwogen om te schrijven over mijn ervaring als seksueel slachtoffer, maar ik heb dat niet gedaan. Waarom niet? Ik zal dit in deze nieuwe reeks blogberichten toelichten aan de hand van enkele openbare gevallen. Ik begon met een blogbericht over de Amerikaanse acteur Kevin Spacey, die zijn dubbelzinnige bekentenis koppelde aan zijn merkwaardige coming out als homo. Daarna volgde een blogbericht over de veel beschuldigde Nederlander Job Gosschalk, die toe gaf acteurs gevraagd te hebben zich uit te kleden maar die ontkende hen te hebben aangeraakt of verkracht. In het derde blogbericht beschreef en besprak ik het - inmiddels ook juridische - conflict tussen Jelle Brandt Corstius en Gijs van Dam. In mijn vorig blogbericht besprak ik mijn eigen ervaring: was het wel een verkrachting?

James Baldwin als mijn held en als dubbel slachtoffer, van racisme en homohaat
In de rampenzomer van 1967 werd ik ruw gedwongen uit de kast te komen. Omdat ik vrijwel niets wist over homoseksualiteit las ik alles wat ik erover kon vinden. De roman Giovanni's Room van de zwarte Amerikaanse schrijver James Baldwin maakte een grote indruk op mij. Zijn strijd tegen racisme en homohaat overtuigde mij van de noodzaak alle discriminatie uit te bannen. Des te erger is het dat veel Afro-Americans zijn seksualiteit trachten te verdoezelen. Door hem zag ik zwarte homo's in 1967 als dubbele slachtoffers.

Zwart Afrika als bron van ziekten, racisme en homohaat
Dat beeld van zwarten als slachtoffers werd niet gebroken door mijn eerste seksuele ervaring met een zwarte man, hoe pijnlijk ook. Ik zag dat eerder als een falen van mijn kant. Maar ik werd hard met mijn neus op de feiten gedrukt in 1989 tijdens een congres van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO in Brazzaville. Ik beschrijf dat in blogbericht 4, Levensgevaarlijke preutsheid. Dat ik op een wetenschappelijke bijeenkomst voor racist werd uitgescholden schokte mij zeer. In het kader van aidspreventie had ik gewezen op antropologisch onderzoek waaruit bleek dat in Afrika anale seks tussen hetero's voorkwam om zwangerschap te voorkomen waardoor het virus heel makkelijk verspreid kon worden. 

Er was en is in zwart Afrika een levensgevaarlijk gebrek aan een goede gezondheidszorg waardoor ziekten als aids en ebola wereldwijd slachtoffers maken. Er bestaat daar vaak de neiging om alles wat fout gaat te wijten aan kolonialisme maar het zou Afrika en de wereld goed doen als men stopt om zondebokken te zoeken en begint de verantwoordelijkheid voor eigen falen onder ogen te zien. Iedere kritiek op Afrika zomaar weg zetten als racisme is een falende en doorzichtige poging om eigen zwart racisme en slavernij te verhullen.

Het slagen van de homo/lesbische en het falen van de zwarte beweging in de VS
Hoe is het mogelijk dat de homo/lesbische beweging inzake huwelijksgelijkberechtiging wereldwijd zoveel bereikt heeft terwijl zwarte emancipatiebewegingen op grote schaal falen? In mijn blogbericht 17, Disadvantaged by English, geef ik daarvan een voorbeeld uit de Verenigde Staten. Een Afro-American politicus beschuldigde mij in de jaren negentig live voor de Amerikaanse televisie van racisme toen ik vertelde over het succes van de aidspreventie in Nederland. Dat zwarten in de VS veel meer aidsslachtoffers kennen dan blanken is niet alleen het gevolg van een wel degelijk bestaande discriminatie maar ook van het eigen falen van de zwarte gemeenschap daar. Bij voorbeeld door de daar nog steeds heersende homohaat. Zie het verzwijgen van James Baldwin 's homoseksualiteit.

Openlijke homo/lesbische politieagenten zijn voor de Amerikaanse emancipatiebeweging bondgenoten terwijl zwarte agenten door hun beweging als verraders worden gezien. Als er tegenslagen zijn dan zoekt en vindt de homo/lesbische beweging zeer vele bondgenoten en meewerkende sleutelfiguren terwijl Amerikaanse rassenrellen meestal eindigen in geweld en plunderingen die de eigen zaak ernstig schaden. Hetero's zijn voor de homo/lesbische emancipatie mogelijke bondgenoten maar blanken worden door veel Afro-Americans vooral gezien als racisten. Dat schaadt het streven naar broodnodige gelijkberechtiging ernstig.

De paradox van de kolonialistische onderdrukking in zwart Afrika
In blogbericht 19, "No sex please, we're British!", toon ik aan hoe homovijandige koloniale Britse wetgeving door Afrikaanse homohaters als authentiek Afrikaans wordt gezien en de eigen gelijkgeslachtelijke culturele tradities als westers kolonialisme. Zie mijn blogbericht 31 over het Oeganda-drama, maar homovervolging is vrijwel overal in Afrika, zie Ghana.

Onkunde over zwart verleden wordt in stand gehouden door machthebbers die hun eigen falen trachten te verhullen door het zoeken naar homo/lesbische zondebokken. Het is in Afrika nog altijd onbespreekbaar om de zwarte rol in de slavernij in verleden en heden aan de orde te stellen. En als een blanke dat doet, wordt het weggezet als wit racisme om zwart racisme te verhullen. De eigen zwarte bevolking is daarvan het grootste slachtoffer.

Zwart racisme en homohaat
In blogbericht 61, Racisme?, beschrijf ik een valse start van de Zwarte Piet discussie toen een hoogleraar uit Jamaica wel een Nederlands kinderfeestje racistische discriminatie noemde maar de vaak dodelijke homovervolging in eigen land verzweeg. Zwart racisme en homohaat gaan vrijwel altijd samen. Het is een tragische vergissing van de Nederlandse anti Zwarte Piet beweging om klakkeloos een Amerikaanse insteek ("blackface") te kiezen en niet aan te sluiten bij het Nederlandse poldermodel zoals de homo/lesbische beweging met groot succes heeft gedaan. Dat zou veel vermijdbare weerstand hebben voorkomen.

Strategische blunders door zelfverklaarde 'antiracisten'
In blogbericht 69, Divagedrag tegen Zwarte Piet werkt averechts, alsook in blogbericht 110, Strategische blunders door 'antiracisten', beschrijf ik hoe de Nederlandse anti Zwarte Piet beweging haar tegenstanders heeft versterkt. Door te zwelgen in de slachtofferrol rond een kinderfeestje en het verzwijgen van wereldwijde slachtoffers van hedendaags racisme en slavernij verkleint men de eigen geloofwaardigheid zeer. De homo/lesbische beweging heeft er altijd voor gekozen om hedendaagse hetero's niet te beschuldigen van homohaat vanwege de homovervolgingen die in het verleden hebben plaatsgevonden. Het COC heeft zich vanaf het begin ontwikkeld als een landelijke beweging door plaatselijke zelforganisatie te bevorderen. Daardoor voorkwam men het verwijt dat Amsterdamse arrogantie aan de provincie werd opgedrongen. Waarom werd de demonstratie in Dokkum vanuit Amsterdam en niet vanuit Friesland georganiseerd? Waarom is er vanuit Amerikaans cultureel imperialisme tegen "blackface" geprotesteerd dat niets met de geschiedenis van Friesland te maken heeft? Het was een strategisch goed idee om Friestalige borden mee te nemen. De taalfout "ken net" werd in de tweede demonstratie zelfs verbeterd in "kin net": bravo! Maar de overheersende indruk in de media bleef toch dat die achterlijke Friezen een lesje moest worden geleerd door zeer arrogante Amsterdammers. Die nooit de moeite hadden genomen om Friestalige kritiek, Divagedrach tsjin Swarte Pyt wurket averjochts, in Friese media te weerspreken. Sinds Bonifatius had men toch kunnen weten dat Friezen er niet van houden als men hen onverdraagzaam ogende ideologieën door de strot wil duwen.

Een zwarte als slachtoffer en/of als dader?
Hebben bovenstaande overwegingen wel of niet een rol gespeeld bij mijn beslissing om mijn eerste seksuele ervaring met een zwarte man niet in mijn memoires op te nemen? Daarover gaat mijn volgende blogbericht 225. #MeToo (6) #IkOok (3) Misplaatste schroom?


Naschrift. Zie voor het slot blogbericht 225: #MeToo (6) #IkOok (3) Misplaatste schroom.


Meest gelezen blogberichten over homoseksualiteit
Het meest gelezen blogbericht over homoseksualiteit is nummer 80 over de World Press Photo 2014. Daarop volgen nummer 32 over mijn eerste vriendje, nummer 29 over de Russische homovervolging, nummer 45 over Gerard Reve en Antoine Bodar, nummer 37 over de rampenzomer 1967, nummer 19 over de wereldwijde Britse homovervolging, nummer 51 over Homostudies, nummer 40 over Benno Premsela, een nieuwe vader, nummer 78 over homoseks en jongeren, en als tiende, nummer 28 over mijn homojeugd.