zaterdag 27 december 2014

74. Valse nichten

Voor mijn vele buitenlandse lezers moet ik eerst twee woorden uitleggen. Het bekendste Nederlandse woordenboek, de Dikke Van Dale, omschrijft een 'nicht' ten onrechte als een 'mannelijke homoseksueel'. Dat moet het tegenovergestelde zijn: 'verwijfde homoman'. De uitdrukking 'valse nicht' betekent een homoman die onoprecht, onbetrouwbaar, vijandig en/of een pestkop is.

Een belangrijke voorman van de Nederlandse homo/lesbische beweging, Benno Premsela (1920-1997), was een van de eerste Nederlanders die openlijk uit kwam voor zijn homozijn. Hij vertelde mij in 1967 dat zijn uit de kast komen de felste weerstand had opgeroepen bij andere homo's die zich door zijn openheid bedreigd voelden. Zij meenden hun eigen falen en mislukkingen te kunnen verklaren door de homodiscriminatie die toen heel sterk was. Op het moment dat openlijke homo's ook kunnen slagen in het leven riep dat veel afgunst op. Hen werd als het ware de alles verklarende slachtofferrol ontnomen.

Een van de meest vooraanstaande slachtoffers van zo'n 'valse nicht' was de topambtenaar van het ministerie van FinanciĆ«n, mr. L.A. Ries (1893-1962). In 1936 beschuldigde een minderjarige man (de leeftijdsgrens was toen 21 jaar) hem er van seks met hem te hebben gehad. Dat was toen strafbaar op grond van het beruchte 'chantage-artikel' 248-bis uit het Wetboek van Strafrecht. Het bleek een verzonnen verhaal maar de topambtenaar was toen wel ontslagen en vluchtte naar de VS, waar hij in 1962 zonder eerherstel is overleden.

Een andere hooggeplaatste homo, Elio Di Rupo (premier van BelgiĆ« van 2011-2014), werd in 1996 valselijk beschuldigd door een meerderjarige man die beweerde als minderjarige seks met hem te hebben gehad. Elio di Rupo bleek ten onrechte te zijn beschuldigd en werd een van de eerste openlijk homoseksuele premiers in de wereld. 

Het meest recente voorbeeld speelde zich af op 10 december 2014 toen de burgemeester van Maastricht Onno Hoes zijn functie ter beschikking stelde. De door sommige media 'miezerig ratje' genoemde  Robbie en de publieke omroep Powned waren er in geslaagd de burgemeester in de val te laten lopen door met een verborgen camera flirterige gesprekjes op te nemen en die op een publieke zender uit te zenden. Weer een duidelijk geval van mediamanipulatie. Dat werd nog versterkt door het feit dat veel media het hadden over "een jonge jongen". Dat is volgens mij iemand jonger dan twaalf jaar terwijl de jongeman een twintiger was! Er was niets strafbaars gebeurd.  Er had geen seks plaats gevonden en de leeftijdsgrens is 16 jaar. Onno Hoes heeft een klacht ingediend tegen zowel de man als de omroep die hem uitlokkende vragen had ingefluisterd en de geheime opname zonder toestemming had uitgezonden.

Begin jaren negentig had ik bijna iets vergelijkbaars meegemaakt. Door de hoofdredacteur van een weekblad werd ik uitgenodigd voor een etentje in een uitstekend Amsterdams restaurant. Hij bood zijn verontschuldigingen aan voor het feit dat zijn weekblad bezig was geweest met het schrijven van een vernietigend artikel over mij. Door verschillende lieden uit kringen van homostudies en aidsonderzoek waren de meest vreselijke verhalen over mij verteld. Omdat het een keurige journalist was (waar vind je dat vandaag de dag nog in deze internettijden) had hij alle roddels laten uitzoeken en er bleek niets van waar te zijn.

Het bleek om een doelgerichte poging te gaan om mijn positie binnen homostudies en het aidsonderzoek onmogelijk te maken. Niet alleen de hoofdredacteur maar (naar achteraf bleek) ook de belastingdienst, mijn werkgever de universiteit en de betrokken ministeries zochten de valse beschuldigingen uit en ik werd van alle blaam gezuiverd. Maar ik had geen zin meer om in een glazen huis te wonen.  Ik voelde mij in de steek gelaten. De schrijver Frans Kellendonk had tien jaar daarvoor nog de lef gehad om mij op soortgelijke roddels aan te spreken. Maar deze 'valse nichten' deden het laf en achterbaks. Zij verloochenden daarmee dezelfde homo/lesbische beweging waarvoor ik mij met hart en ziel had ingezet. Met ingang van 1992 verlegde ik mijn loopbaan binnen de Universiteit Utrecht naar het humanistisch vormingsonderwijs en het openbaar onderwijs en daar heb ik geen spijt van gekregen!


Naschrift:
Mijn memoires "Humanisme als zelfbeschikking, levensherinneringen van een homohumanist" zijn november 2016 uitgegeven bij de Papieren Tijger Breda.