1. Levensgevaarlijke preutsheid
Dit voorbeeld komt uit blogbericht 4 waar ik schrijf over mijn ervaring als adviseur van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
"In 1989 nam ik in Brazzaville in het het WHO-regiokantoor voor Afrika ten zuiden van de Sahara deel aan een WHO conferentie over de verspreiding van hiv/aids. Amerikaanse onderzoekers stelden op grond van hun onderzoek onder Afrikaanse vrouwen dat zij veel vaker aids hadden dan westerse vrouwen. Hun hypothese was dat vagina's van Afrikaanse vrouwen veel kwetsbaarder zouden zijn voor hiv-infecties.
In de discussie bracht ik zo diplomatiek mogelijk mijn kritiek. Het onderzoek werd gedaan door blanke Amerikaanse mannen en dat verhoogt de betrouwbaarheid van de antwoorden van zwarte Afrikaanse vrouwen niet. Verder werd genegeerd dat veel antropologisch onderzoek in Afrika had aangetoond dat soms heteroseksuele contacten anaal waren als voorbehoedsmiddel of als middel om het maagdenvlies niet te breken. Bekend was toen al dat de anus van zowel mannen als vrouwen veel kwetsbaarder was voor infectie dan de vagina.
De verwijzing naar anale seks ging als een schok door de volle zaal. Inderdaad: 'obsceen taalgebruik' en zelfs 'rassendiscriminatie'. Ik hield staande dat wetenschappers de feiten bij hun naam moesten noemen omdat er anders onnodig vele doden zouden vallen door levensgevaarlijke preutsheid. De Amerikaanse onderzoekers waren ervan uitgegaan dat anale seks alleen bij homomannen zou voorkomen. Ook in Nederland leeft dat vooroordeel nog steeds. Over discriminatie gesproken!"
Welk leed gaat hierachter schuil? Het waren vooral Engelse koloniale zedenmeesters die deze levensgevaarlijke preutsheid in grote delen van Afrika oplegden. Dat zelfde gebeurt nu met de hetze die door Amerikaanse evangelisten tegen Afrikaanse homoseksuelen wordt gevoerd. In plaats van wetenschappelijk bewezen feiten over seksueel gedrag als Westers racisme te verwerpen zouden Afrikanen het juk van levensgevaarlijke preutsheid moeten afwerpen en het mensenrecht op seksuele diversiteit weer moeten ontdekken in hun eigen Afrikaanse geschiedenis.
2. Omgekeerd racisme
Dit voorbeeld komt uit blogbericht 17 waarin ik beschreef wat ik begin jaren negentig heb "meegemaakt tijdens een rechtstreeks uitgezonden televisiedebat in de VS over het Nederlandse aids-beleid. Ik werd toen door een 'Afro-American' politicus voor een 'racist' uitgescholden vanwege onze 'needle exchange policy': het beleid om schone naalden te verstrekken aan spuitende gebruikers van drugs. Dat beleid is heel doelmatig gebleken om verspreiding van hiv te voorkomen. In veel landen heeft het verbod daarop tot een dramatische verspreiding van aids geleid. Zijn (op de toestand in de VS gebaseerde) veronderstelling was dat het vooral zwarten zouden zijn die in Nederland drugs spoten, hetgeen niet het geval is, en dat het inwisselen van besmette voor schone naalden het drugsgebruik zou bevorderen, hetgeen evenmin klopt."
Het tragische van dit voorbeeld is dat degene die mij van racisme beschuldigde daar zelf het slachtoffer van was. Zijn vooroordelen over zwart drugsgebruik en misbruik van schone naalden leidden tot het vooroordeel dat ik als blanke Nederlander bewust zwarten zou willen benadelen. Deze ervaring heeft er toe geleid dat ik niet in de verdediging schiet als iemand mij van racisme beschuldigt. Ik ga dan eerst na of de betrokkene zelf racistisch denkt en handelt. Wie het hardst 'racisme!' roept, maakt zich daar waarschijnlijk zelf schuldig aan.
3. Islam is geen ras
In 2001 riep imam El Moumni in Rotterdam de vreselijkste dingen over homoseksualiteit. Ik heb mij toen samen met anderen ingezet om tot open dialogen te komen tussen moslims, homoseksuelen en humanisten. Deze vele gesprekken hebben er mede toe geleid dat in Nederland homoseksualiteit onder moslims meer bespreekbaar is geworden dan elders vaak het geval is. Belangrijk was dat ik kon aantonen dat de koran homoseksualiteit niet verbiedt. Net zo min als het autorijden door vrouwen, en een heleboel andere dingen trouwens.
In die gesprekken viel het mij op dat mijn kritiek op islamitisch genoemde verschijnselen soms racisme werd genoemd. Islam is een godsdienst en geen ras. Het is in niemands belang als het begrip racisme zodanig wordt opgerekt dat er bijna alles onder valt waardoor het een leeg begrip wordt. Wetenschappelijk onderbouwde kritiek kan nimmer gelden als onterecht onderscheid op grond van afkomst of huidskleur. Mijn statistisch onderbouwde bewijzen dat er geen miljoen islamieten in Nederland wonen, zijn dus geen uitingen van racisme.
Ik kan mij best voorstellen dat sommige islamieten zich achtergesteld voelen in Nederland. Een eeuw geleden werden de homo/lesbische en de ongodsdienstige minderheden nog veel meer achtergesteld. Hun posities zijn mede dankzij emancipatiebewegingen als COC en HV aanzienlijk verbeterd. Als humanistische homo ben ik een ervaringsdeskundige. Ik bood mijn diensten aan om de islamitische minderheid te helpen om de negatieve beeldvorming aan te pakken. Van dat aanbod is geen gebruik gemaakt. De beeldvorming rond islam is er niet beter op geworden.
4. Zwartepieten
In blogbericht 19 schreef ik op 9 november 2013: "Ik wil niet zwartepieten maar het is wel opvallend dat een hoogleraar mensenrechten uit Jamaica onlangs Nederland beschuldigde van terugkeer naar de slavernij vanwege een traditioneel kinderfeestje maar die, voor zover ik kon nagaan, nog nooit geprotesteerd heeft tegen de moorddadige aanvallen op homo's op haar eigen eiland." Sterker nog: het vermoorden van homo's op Jamaica gaat volgens een oktober 2014 verschenen rapport van Human Rights Watch op grote schaal door!
Het kan aan mij liggen maar in mijn jeugd had ik begrepen dat Piet zwart was geworden door het roet uit de schoorsteen. Wij leefden in de jaren veertig en vijftig nog in het tijdperk van de kolenkachels dus ik kon mij dat toen goed voorstellen. De eerste zwarte man in Nederland zag ik eind jaren vijftig in het televisieprogramma Pension Hommeles in de persoon van Donald Jones. Ik geloofde toen al lang niet meer in Sinterklaas en onze zwart gemaakte tante Marijke leek in de verste verte niet op Donald Jones. Maar kennelijk is mij iets ontgaan als we nu van slavernij en racisme worden beschuldigd. Welk leed zit hier achter?
Ik heb mij altijd geërgerd als heteromannen een nichterige homo probeerden na te doen. Toch heb ik nooit de behoefte gevoeld om naar de rechter te stappen ten einde het te doen verbieden. Eeuwenlange homovervolging heeft mij er toe gebracht om er een nog altijd gelezen proefschrift over te schrijven: Homoseksualiteit in Nederland, studie van een emancipatiebeweging. Maar ik ben nooit op de gedachte gekomen om een grote schadevergoeding te eisen van de Nederlandse staat vanwege bijvoorbeeld de gruwelijke 'sodomietenvervolging' rond 1730-1731. Al geef ik toe dat ik vereerd was om in 1999 op het Domplein in Utrecht een gedenksteen te mogen onthullen. Daar waren die vervolgingen namelijk ooit begonnen.
Hoe lang mag men leed koesteren? Wat mij betreft voor altijd. Ook heb ik er alle begrip voor dat Friezen bij mij in de buurt op it Reaklif de Slach by Warns van 26 september 1345 herdenken. Door de overwinning op de Hollanders konden de Friese taal en cultuur worden veilig gesteld. De Friezen in Noord-Holland en de Groningse Ommelanden werden wel de Friese taal en cultuur ontnomen maar tot nu toe heb ik aldaar weinig vernomen van een streven naar schadevergoeding daarvoor. En wat zou Spanje ons moeten betalen voor de Tachtigjarige Oorlog? Of omgekeerd...
Mij verbaast nog het meest dat sommigen zich drukker maken over de vroegere slavernij dan over de hedendaagse slavernij in veel Arabische staten. Want daar valt nu nog wat aan te doen. En over discriminatie op grond van afkomst of huidskleur gesproken: ik heb mij als Nederlander nog nooit zo gediscrimineerd gevoeld als op mijn vele bezoeken aan het eiland Curaçao dat (dit voor mijn buitenlandse lezers) deel uit maakt van ons aller Koninkrijk der Nederlanden. Misschien reden voor een rechtszaak wegens discriminatie en een eis tot schadevergoeding?
Ik ontving het volgende bericht: "Namens
burgemeester Van der Laan wil ik u van harte bedanken voor uw e-mail
van 27 september jl, waarin u reageert op de Abel Herzberglezing. Het is
goed te
lezen dat u daardoor geïnspireerd raakt voor uw blog.
Met vriendelijke groet,
Karin van der Wansem
Karin van der Wansem
Chef kabinet Burgemeester Van der Laan"
Op 12 november 2014 wordt de burgemeester van Amsterdam door de Raad van State in het gelijk gesteld dat hij Zwarte Piet niet hoeft te toetsen op vermeend racisme.
Discriminatie op grond van afkomst werkt soms heel anders dan men denkt: de knuffelmarokkaan! Trouw-columniste Elma Drayer schrijft op 23 oktober terecht: "Hoe een nep-Marokkaan een wijdverbreide mythe ontkracht".
Een lezer uit Amsterdam schrijft: "Zojuist de blog aangeklikt. Google maakt het makkelijk te vinden èn te volgen. Interessant. Zal ik vaker doen. Ik verbaas me er weleens over dat er in de media dikwijls meer aandacht wordt geschonken aan de vervuiling op het internet in plaats van de waardevolle bijdragen op het internet. Zoals in woord als in geschrift zetten de gedachten en overwegingen van Rob telkenmale tot nadenken."
Mijn memoires "Humanisme als zelfbeschikking, levensherinneringen van een homohumanist" zijn november 2016 uitgegeven bij de Papieren Tijger Breda.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten